Nieuws

Koersen in de achtertuin: Kalas Cycling Classic Ooijpolder

Koersen in de achtertuin: Kalas Cycling Classic Ooijpolder

Waaierrijden in de Ooijpolder

Er zijn maar weinig koersen zó dichtbij Nijmegen als de Kalas Cycling Classic Ooijpolder. Naast een drietal wedstrijden voor de Studentencup, had het organiserende NSWV Mercurius samen met  R&TC Groenewoud ook een ‘open’ koers voor Sportklasse en Startlicentie-coureurs georganiseerd.

Studenten Vrouwen
De vrouwenkoers was een zes-ronden-lange afvalkoers, waarin Ilse van Es goed stand wist te houden. Uiteindelijk zou de koers in een massale eindsprint beslist worden, waar Ilse zich niet meer mee bemoeide. Begrijpelijk, want direct na de koers knoopte Ilse haar hockeytas op de rug om ’s middags een wedstrijd te spelen. Ondanks zware benen was ze met een assist toch belangrijk voor de overwinning van haar ploeg.

Sportklasse
Op het smalle rondje was het in het uitgebreide peloton Sportklasse/Startlicentie-renners moeilijk om op te schuiven. De wind zorgde er bovendien voor dat de koers vrij gesloten bleef. Halverwege de koers reden er 3 man weg die snel een vrij groot gat kregen. De samenwerking erachter was niet optimaal. Bij het ingaan van de laatste ronde sprong Boris Rauwerdink naar de twee overgebleven koplopers (één vluchter had lek gereden). Samen met clublid-met-een-licentie-elders Florian Smits wist hij de oversteek te maken. De achtervolging had de scherpte van de Boris’ sprint afgebot, waardoor hij helaas net naast het podium eindigde. 

Studenten Amateurs/Elite
Een klein startveld Studenten met een Elite of Amateur-licentie in combinatie met de wind was een garantie voor een zware koers. Dat merkten ook Patrick Coster, Teun van der Kraan en Joost van Jaarsveld. Al vroeg in koers viel het peloton in stukken uiteen. Een tweetal koplopers liep steeds verder uit op een achtervolgend zevental met de drie Groenewoud-coureurs. In de sprint in de overgebleven podiumplaats kwam Teun nét te kort (4e), werd Joost 6e en Patrick 8e.

 

Foto's: @liekegieling_photography, Tekst: Harry Ruiterkamp